De huidige regels voor belasting op spaargeld maken dat sparen amper meer loont. Daar komt nu verandering in, althans voor kleine spaarders. Grote spaarders worden wel zwaarder belast.
Uw vermogen zelf wordt niet belast, maar wel het rendement dat u daar op maakt. Over dat rendement betaalt u 30 procent belasting. Alleen rekent de overheid niet met het werkelijk behaalde rendement, maar met een fictief rendement van 4 procent. En daar bestaat al jarenlang kritiek op omdat de meeste spaarders dat tegenwoordig niet meer halen. Voor 2017 wil het kabinet de heffing daarom meer in lijn brengen met werkelijk behaalde rendementen.
Overgangsstelsel
Volgend jaar wordt nog niet het daadwerkelijke rendement belast, maar komt er een overgangsstelsel waarin drie rendementspercentages gelden, afhankelijk van de omvang van het vermogen.
Vermogen | Verwacht rendement |
tot 100.000 euro: | 2,9 procent |
van 100.000 tot 1.000.000 euro: | 4,7 procent |
boven 1.000.000 euro: | 5,5 procent |
Het tarief van 30 procent over het veronderstelde rendement blijft gelijk.
Hoger belastingvrij bedrag
Het bedrag dat is vrijgesteld van belasting wordt bovendien verhoogd van 21.000 euro naar 25.000 euro.
Iemand die 80.000 euro spaargeld heeft, betaalde in 2016 nog 708 euro belasting. Met de nieuwe regels daalt dat naar 478,50.